Selecteer een pagina
Image by Mylene2401 from Pixabay

“Als je op de kinderafdeling oncologie belandt, word je meteen in het diepe gegooid. Je kleuter belandt onvoorbereid tussen de kale kindertjes met slangen in hun arm en piepende infusen. ‘Uw kind heeft kanker’, heb je net gehoord. ‘Ze krijgt medicijnen die van zichzelf ook kankerverwekkend zijn en waar ze nog zieker van zal worden, maar die misschien kunnen voorkomen dat ze doodgaat.’”

De vrouw die dit vertelde, laat ik haar Helen noemen, had ik nog geen twee minuten eerder voor het eerst de hand geschud. Ik schoof aan bij een gesprek over jongereneducatie over duurzaamheid, weerbaarheid en nieuwe economie. Helen windt er met haar bijna verbazend beeldende manier van praten net zo weinig doekjes om als de afdeling die ze tien jaar geleden met haar vierjarig dochtertje moest betreden.

Onewomanshow

Helen heeft donkere krullen, indringende bruine ogen en blijft, als je op ‘Aan’ drukt, onafgebroken verrassende teksten produceren. Ik kan me haar eerder voorstellen op het toneel in een onewomanshow, dan op een gemeenteafdeling die zich bezighoudt met risicobeheersing.  Dat was dan ook helemaal niet de bedoeling geweest, vertelt ze.

Opgeleid als politicoloog kwam ze bij de gemeente terecht en belandde op onduidelijke wijze op juist die plek.  Iets met risicobeheersing rondom gevaarlijke punten in de stad doet ze, als ik haar goed begrijp. “Niemand wilde dit doen. Het was een dossier dat achter de radiator was gevallen en het lag daar prima, volgens veel collega’s. Maar ik vond het leuk.”


“Mensen horen ‘risico’ en denken ‘gevaar’. “

Het veranderde haar kijk op de wereld. “Mensen horen ‘risico’ en denken ‘gevaar’. Terwijl gevaar een werkelijkheid is en een risico slechts een denkinstrument. Maar mensen kunnen niet tegen onzekerheid. Ze investeren liever in beheersing van een klein risico, zoals het voorkomen van een aanslag op een vliegtuig (‘want dat hebben we nu net een keer meegemaakt’) dan in een reëel gevaar als klimaatverandering. Mensen laten zich leven door de waan van de dag.”

“Ga ik dood, mama?”

Kinderen kunnen veel beter omgaan met onzekerheid, ontdekte ze. Tien jaar geleden klom haar  dochtertje met haar knuffel op dat ziekenhuisbed tussen de kale kinderen, keek haar aan en vroeg: “Ga ik dood, mama?”. Nu moet ik een eerlijk antwoord geven, realiseerde Helen zich. “Als ik er nu omheen draai, gelooft ze me nooit meer.”

Dus dacht ze diep na en antwoordde: “Waarschijnlijk niet. Je hebt een hele nare ziekte en de komende maanden zul je nog zieker worden door het medicijn dat je krijgt. Maar de kans dat je weer beter wordt, is vier keer zo groot als de kans dat je doodgaat.” Haar dochtertje liet dat even bezinken, haalde diep adem en zei: “Oké.” Ze was er klaar voor.

Kinderen wapenen

“Ergens voor vechten zonder garantie op succes, daar hebben kinderen nog geen problemen mee”, stelt Helen. Daarom moeten we ze vóór hun achttiende vertellen over de opwarming van de aarde, de terugval in soortenrijkdom, de verzuring van de oceanen. Maar vooral ook wat we er nog aan kunnen dóen. Ja, wij hebben het verkloot, het is ingewikkeld en er zijn een heleboel tegenkrachten, maar we moeten kinderen en jongeren in elk geval wapenen om die strijd aan te gaan. Ook al is de uitkomst nog onzeker.”

Leven zonder angst

Helens dochter is inmiddels veertien en een onbevreesd voorvechter van een schonere wereld.  “Ongeveer het ergste wat je kan overkomen, ligt inmiddels achter je en dat kunnen niet veel zevenjarigen zeggen”, had Helen tegen haar gezegd toen ze ‘beter was’. “Je kunt nu leven zonder angst. Pak die ruimte.”

En dat doet ze. Ze spreekt medeleerlingen aan als ze troep op de grond gooien en geeft ze een ongegeneerd college over plastic soep. Dondert niet wat ze daar van vinden; er zijn belangrijker dingen in het leven dan populair zijn. Ze loopt voorop in de klimaatstakingen en deelt haar visie met iedereen die het horen wil én met iedereen die liever wegkijkt. Ze is niet bang, ook niet voor de toekomst. Ze gáát er gewoon voor.