Ik heb een paar trouwe vrienden. Ik weet niet hoe ze heten, en ze wisselen ook steeds van gezicht, maar ze zijn altijd vriendelijk en belangstellend en ze willen graag met me praten. Eens in de zoveel weken komen ze langs en geven me een of twee tijdschriften om te lezen. Deze week hadden ze goed nieuws: ondanks het feit dat de wereld er schijnbaar niet al te best voor staat, bestaat er een hogere macht die daar wat aan gaat doen, binnenkort.
Eerlijk gezegd blader ik de tijdschriften die ze me geven vaak wat giechelig door, zodat ik me weer tevreden kan voelen over mezelf en mijn intellectuele kijk op religieuze aangelegenheden. Dat is weinig respectvol, gezien de bewonderenswaardige bezieling waarmee deze mensen onvermoeibaar van deur tot deur trekken.
Want moet je je dat eens voorstellen! Neem een onderwerp in gedachten waar je met hart en ziel in gelooft. Zeg, eeeh… de noodzaak tot duurzaamheid ter beteugeling van klimaatverandering. Ik noem maar wat. En dan is het maandagmorgen. Je trekt je nette jurk of je zondagse pak aan, zorgt dat je haar goed zit en daar ga je. Je boodschap brengen. Niet veilig in je werkkamer vanachter een computer, nee, van deur tot deur. Die negen van de tien keer in je gezicht wordt dichtgesmeten, ongetwijfeld. “Goedemorgen mevrouw, mag ik even met u praten over uw energieverbruik?” BAM!
Altijd aardig blijven
Ik vind het knap. En dan nog aardig blijven ook. Altijd. Hoeveel mensen heeft de strak georganiseerde club waar mijn vrienden deel van uitmaken wel niet rondlopen? Zo’n 30.000, volgens Wikipedia. Waar halen ze die mensen vandaan? Zóveel doorzettingsvermogen! Zóveel loyaliteit! Allemaal intelligent ogend en ABN sprekend. Menig bedrijf zou een moord doen voor een setje van zulke werknemers.
Maar wat bezielt hen dan? Letterlijk en figuurlijk? Ik hoop dat ze geen harde businesstargets hebben, of voortgangsgesprekken. Want hoe vaak zou er een daadwerkelijke bekering plaatsvinden aan de deur? Nee, het moet een werkelijk diep geworteld vertrouwen zijn, een onwrikbare overtuiging, een ja, zeg maar… geloof. Niks geen vaag gepruts met Ietsisme. Gewoon, boem, God.
Hogere Macht
“Bent u gelovig?”, vroegen mijn vrienden mij deze keer. ‘Eeh, nou, eeh, jawel, maar niet op de manier zoals u dat beleeft’, luidde mijn snedige antwoord. “Maar u gelooft wel dat er iets is?” kwamen ze mij eigentijds tegemoet. ‘Jawel…’ beaamde ik ongemakkelijk. ‘Maar’, gingen ze voort, en toen hadden ze me klem: ‘Denkt u dat dat iets, of die hogere macht, nog wel iets voor ons kan betekenen in deze moeilijke tijd vol geweld, natuurrampen en persoonlijke drama’s?’
Wat zou ik dát graag geloven. Een Hogere Macht, een Deus ex Machina, die een rietje in de dampkring stak en SLURP, alle overtollige broeikasgassen opzoog, zodat het klimaat zich in volle glorie kon herstellen. Die de geesten van de mensen collectief bevrijdde van hebzucht, agressie en de wil om alles en iedereen te domineren. Die wereldwijd het besef liet doordringen van onze eigen kwetsbaarheid, en daarmee van de noodzaak om in evenwicht met de ons omringende natuur te leven. Met de bestaande technologie en de ons door de Here gegeven intelligentie om deze verder te ontwikkelen, moet dat mogelijk zijn.
Het besluit van het samenstel
Mijn vrienden zijn ervan overtuigd dat we leven in de tijd van ‘het besluit van het samenstel van dingen’. Voor hen is dat het moment waarop hun ‘Jehova God’ binnenstapt om het roer over te nemen. Dat besluit van dat samenstel zie ik wel voor me. Alleen vrees ik dat we daar helemaal geen hogere macht voor nodig hebben…